Soms, heel soms, verlang ik er stiekem naar. Naar dat onbevangen gevoel van vrijheid vóór dat ik moeder werd. Waar ‘high on life’ de standaard was. Dat ondoofbare vlammetje dat extra werd aangewakkerd door dat zonnetje in mijn gezicht, door goede muziek, fijne mensen of gewoon na een chaotische werkweek. De ongeremde motivatie voor de vrijdagavond, niet wetend hoe het zal verlopen en waar of wanneer het zal eindigen.
De tijd waar een weekend vier dagen duurde in plaats van twee. Waar ik danste tot de zon op kwam en ik haar ook weer onder zag gaan. Waar vriendschappen en liefde extra diepte kregen. Het leven waar ik ongefilterd mezelf kon zijn, zonder enige verantwoordelijkheid.
Waar ik in de vroege uurtjes over de stille grachten fietste, op naar het volgende avontuur. Dat voelde als echt leven, toen. En nu zo dankbaar voor al deze mooie herinneringen.
Want eens in de maand heb ik dan zo’n moment, een moment zonder kind waarbij dit allemaal kan. Maar het is niet meer zoals voorheen, in gedachte ben ik namelijk nooit meer alleen. In alles wat ik doe, in alle keuzes die ik maak zijn niet meer in het belang van mij en mijn avontuurlijke verlangens. Ik voel mij onlosmakelijk verbonden met iemand waarvan ik weet dat dit honderd procent wederzijds is. Iemand die in volle overgave op mij rekent, te allen tijde. Waarbij ik haar enige wereld ben, en zij ook stiekem die van mij. Waar ik van uren knuffelen op vrijdagavond geen genoeg meer kan krijgen. En dat, voelt pas echt als leven.